Op weg naar een efficiëntere klauwverzorging op melkveebedrijven via het project ‘Clawcare’

Op weg naar een efficiëntere klauwverzorging op melkveebedrijven via het project ‘Clawcare’

Klauwproblemen leiden tot kreupelheid, naast mastitis en vruchtbaarheidsproblemen, één van de belangrijkste gezondheidsaandoeningen bij melkvee. Kreupelheid heeft zware economische gevolgen en een negatieve impact op het welzijn van de koe. Een goede preventiestrategie vormt de basis. Binnen het CLAWCARE-project willen de projectpartners UGent, ILVO, Inagro, HOGENT en Hooibeekhoeve nog een stap verder gaan. Belangrijkste doel van het project is om na te gaan of de huidige manier van klauwverzorging nog steeds doeltreffend is voor onze moderne, hoogproductieve koeien. Tevens zal onderzocht worden of nieuwe hulpmiddelen zoals een betaalbare intelligente smartphone app, voor het opsporen en lokaliseren van klauwproblemen in een vroeg stadium daarbij een hulp zou kunnen zijn. Onderzoekers zullen daarvoor beroep doen op betaalbare mobiele warmtecamera’s en zullen hiervoor een bijhorend zelflerend beeldverwerkingsalgoritme ontwikkelen.  Daarnaast zal ook onderzoek gedaan worden naar de efficiëntie van producten om in klauwbaden toe te passen.

MELKVEEBEDRIJVEN GEZOCHT!

Om een grote databank met thermale beelden te kunnen aanleggen zijn de projectpartners op zoek naar deelnemende melkveebedrijven. Verzorgt u zelf de klauwen van uw koeien en ligt uw melkveebedrijf in een straal van +- 60 kilometer rond de Faculteit Diergeneeskunde van de UGent (Merelbeke)? Mogen onderzoekers de volgende drie jaar langskomen op uw bedrijf om de klauwen van de koeien te verzorgen en tegelijkertijd beeldmateriaal te verzamelen? Geef dan uw contactgegevens door aan Geert Opsomer (geert.opsomer@ugent.be).

Kreupelheid kost geld

Klauwletsels kosten de melkveehouder jaarlijks zo’n €53 tot €200 per koe, rekening houdend met productieverliezen, daling in vruchtbaarheid, behandelkosten, etc. Toch blijkt uit onderzoek dat melkveehouders de kreupelheidsproblematiek op hun bedrijf al te vaak onderschatten. Zo schatten ze het aantal kreupele koeien 2,5 tot 4 keer lager in dan externe experts. Visuele detectie van kreupele koeien vraagt niet alleen ervaring, maar is ook subjectief en tijdrovend. Bovendien is het vaak zo dat het onderliggende klauwprobleem al ver gevorderd is alvorens de kreupelheid door de veehouder wordt opgemerkt. De projectpartners willen het belang van een goede klauwgezondheid onder de aandacht brengen en de (tijdige) detectie en behandeling van klauwproblemen op melkveebedrijven significant verbeteren door beroep te doen op innovatieve technologieën zoals warmtecamera’s.

Thermografie

Thermografie is een contactloze methode om temperatuur te meten. Onderzoek heeft aangetoond dat verschillende gezondheidsaandoeningen bij het rund zoals uierontsteking of klauwaandoeningen vroegtijdig opgespoord kunnen worden met behulp van thermografie. Bij een ontsteking (uier of klauw) ontstaat immers warmte die met behulp van thermografie zichtbaar gemaakt kan worden. Dat maakt het mogelijk om klauwaandoeningen in beeld te brengen nog voor er visueel iets aan de poot of de koe te zien is. Op figuur 1 zijn twee thermogrammen te zien waarop de temperatuur visueel wordt gemaakt met behulp van een kleurschaal. Er zijn intussen diverse betaalbare infraroodcamera’s op de markt, gaande van handheld modellen tot kleinere camera’s die ingeplugd worden op een smartphone zodat je als melkveehouder zelf aan de slag kan gaan. De interpretatie van de beelden ligt echter niet voor de hand omdat externe factoren, denk maar aan de omgevingstemperatuur, een grote invloed hebben op de beeldvorming. Dit maakt dat er ondersteuning nodig is bij de interpretatie van de beelden vooraleer deze techniek kan doorstromen naar de praktijk. Eén van de doelen van het CLAWCARE-project is daarom het ontwikkelen van een zelflerend beeldverwerkingsalgoritme, een soort slimme app, die automatisch klauwproblemen kan detecteren, categoriseren en nauwkeurig kan lokaliseren zodat er gericht behandeld kan worden.

Voorbeeld van een infraroodbeeld (thermogrammen) van een achterklauw met ontsteking

Een slimme zelflerende app

Voor de ontwikkeling van zo’n zelflerend beeldverwerkingsalgoritme is een zeer uitgebreide databank nodig met thermogrammen van koeienklauwen genomen met mobiele thermale camera’s. Hierbij moet van elk beeld geweten zijn of de klauw gezond was en zoniet welke klauwaandoening er aanwezig was. De onderzoekers van ILVO en UGent zullen die beelden gebruiken om na te gaan of ze bruikbaar zijn om de exacte locatie van het klauwletsel te bepalen en om te onderzoeken of bepaalde klauwletsels automatisch te detecteren en te klasseren zijn. Omdat er een groot gamma thermale camera’s commercieel beschikbaar is, zal ook een vergelijking gemaakt worden tussen beelden van dure thermale camera’s en beelden van kleinere, meer betaalbare camera’s die op een smartphone aangesloten kunnen worden. Een dergelijke app, die overigens steeds beter wordt naarmate er meer en meer beeldmateriaal aan de databank toegevoegd wordt, zou een grote hulp zijn voor zowel melkveehouders als klauwverzorgers om gericht te kunnen klauwen verzorgen en indien nodig te behandelen. De bedoeling is ook dat de camera een antwoord helpt geven op de vraag hoe diep men mag, of zelfs moet, snijden om het klauwprobleem te lokaliseren en vervolgens te corrigeren. Voor het verzamelen van de beelden en de achtergrondinformatie zullen de onderzoekers nauw samenwerken met melkveehouders, klauwverzorgers en dierenartsen.

Huidige klauwverzorgingsmethode onder de loep

Hoewel noch het management noch de koeien dezelfde zijn als 40 jaar geleden, geldt als internationale standaard voor het klauwverzorgen nog steeds de vijfstappenmethode van Touissant Raven. Deze methode werd nochtans ontwikkeld eind jaren ’80. Nochtans zijn er intussen heel wat nieuwe werktuigen en technieken beschikbaar die deze vijfstappenmethode kunnen aanvullen en optimaliseren. Binnen het project zal dan ook een grondige evaluatie uitgevoerd worden van de huidige klauwverzorgingstechnieken door het inzetten van innovatieve technologieën zoals een drukmat, mobiele 3D-camera en echografie. Deze kennis zal ingezet worden om de internationale standaard voor klauwverzorging aan te passen aan de huidige omstandigheden en deze verder te optimaliseren.

Preventie blijft belangrijk!

Hoewel een app en het optimaliseren van de huidige klauwverzorgingstechnieken de klauwgezondheid ten goede zal komen, blijft preventie de eerste en belangrijkste stap in een goed klauwgezondheidsmanagement. Daarbij denken we onder meer aan het inzetten van klauwbaden voor de bestrijding van infectieuze klauwaandoeningen. Uit een bevraging blijkt dat bijna twee derde van de melkveehouders nog gebruik maakt van niet-toegestane middelen zoals kopersulfaat en formol omwille van hun efficiënte werking en de lage kostprijs. Deze producten hebben echter een negatieve impact op het milieu en/of de gezondheid van de mens. Het aanbod alternatieve producten met een gelijkwaardige werking en kostprijs is beperkt en vaak ontbreekt het bij deze alternatieven aan voldoende bewijzen van werkzaamheid en stabiliteit wanneer het product in contact komt met organisch materiaal zoals bijvoorbeeld mest. Een tweede doel binnen het project is dan ook het (in vitro) testen van de werkzaamheid van actieve bestanddelen tegen de ziekte van Mortellaro om op een objectieve manier de werking van alternatieve klauwbadmiddelen aan te tonen en de middelen te kunnen vergelijken.

Nieuwe inzichten tot in de stal krijgen

Nieuwe tools ontwikkelen en technieken optimaliseren is mooi, maar deze nieuwe kennis moet ook tot in de stal geraken. Daarom zal binnen dit project ook sterk ingezet worden op een blijvende sensibilisering door het organiseren van opleidingen, studiedagen en het breed verspreiden van de projectresultaten via reeds bestaande informatieplatformen zoals Koesensor, Rundveeloket en Buitenpraktijk.

Het vierjarig VLAIO-project CLAWCARE ging van start op 1 januari 2020 en is een initiatief van de Universiteit van Gent in samenwerking met ILVO, Hogeschool Gent, Inagro en Hooibeekhoeve en is mogelijk dankzij financiering vanuit het Agentschap Innoveren en Ondernemen.